Het aanpassen van een dosering, de frequentie of de duur van een behandeling kan bij dure geneesmiddelen grote impact hebben op de doelmatigheid van de zorg. Hoe kunnen we studies naar dure geneesmiddelen in de zorg efficiënt vormgeven en uitvoeren? Op welke wijze kunnen we de resultaten zo goed en snel mogelijk implementeren en welke partijen moeten daarbij betrokken worden? Hoe kunnen we zo bijdragen aan de betaalbaarheid van de geneesmiddelenzorg? Naast 3 korte presentaties vindt er tevens een paneldiscussie plaats over deze onderwerpen, waarbij relevante stakeholders aan tafel zitten. Ook vanuit de zaal wordt men uitgenodigd mee te discussiëren door te reageren op verschillende stellingen.
Sessievoorzitter: Joost Hoebink, dagvoorzitter
Sprekers:
Aan tafel tijdens discussie:
Elke de Jong presenteert de studie waarbij onderzocht werd wat het effect is van dosisreductie van verschillende biologics bij psoriasis op effectiviteit, dermatologische kwaliteit van leven, veiligheid en kosteneffectiviteit. Deze heeft een vervolg gekregen in een VIMP (verspreidings- en implementatie impuls). De studies laten zien dat dosisreductie niet non-inferieur is wat betreft effectiviteit (PASI) en kwaliteit van leven (DLQI) na 12 maanden. Verder waren er geen relevante veiligheidssignalen en bleek deze dosisreductie ook zeer kosteneffectief: gemiddeld kan er per patiënt 3.800 euro per jaar worden bespaard.
Uit het implementatieonderzoek bleek dat dermatologen om verschillende redenen dosisreductie willen toepassen, onder andere vanwege kostenbesparing, veiligheid en op verzoek van de patiënt. Ook werden er barrières genoemd om geen dosisreductie toe te passen, zoals denken dat patiënten het niet willen, geen tijd (om te bespreken), weinig ervaring met biologics of niet weten hoe af te bouwen. Voor de toekomst staat daarom in de planning om consensus te verkrijgen over een praktijkgerichte strategie voor veilige toepassing van dosisreductie. Verder zal er nog extra onderzoek plaatsvinden over de nieuwste biologics (IL17 en IL23).
Meike Manders presenteert de eerste resultaten van het rapport Gepast Gebruik Dure Geneesmiddelen dat de Federatie Medisch Specialisten heeft uitgevoerd vanuit samenwerking met NVZ, NFU, ZN en de Patiëntenfederatie.
Het doel is dat er vanaf 2022 een gestructureerde aanpak is waarbij bewezen effectieve interventies gepast gebruik dure geneesmiddelen breed in de praktijk worden geïmplementeerd en waarbij onderzoek plaatsvindt naar kennishiaten. HLA-partijen (hoofdlijnen akkoord) maken met elkaar afspraken over implementatie en ieders rol daarbij. Daarbij is middels een triagemodel gekeken welke interventies voldoende potentie hebben voor volumereductie en waarvoor de randvoorwaarden voor verdere implementatie helder en haalbaar zijn. Conclusies tot nu toe zijn dat er nog niet voldoende wetenschappelijk bewijs is, er nog geen goed inzicht is de praktijk en er nog onduidelijkheden zijn over de consequenties, zoals implementatie barrières en meer behoefte aan transparantie, vertrouwen en samenwerking. Naar aanleiding van de opbrengsten van de inventarisatie gaat men verder met het uitwerken en opzetten van een gestructureerde en programmatische aanpak gepast gebruik.
Met behulp van de volgende stellingen kan het publiek hier verder input op geven via de mentimeter en over in gesprek gaan met het panel:
Stelling 1. Voor gepast gebruik interventies voor dure geneesmiddelen volstaat een lagere mate van evidence dan voor richtlijnontwikkeling?
De meerderheid van de deelnemers (62%) is het oneens met deze stelling en 32% was het eens met deze stelling. Met name wordt er gesproken over wat haalbaar is in welke situatie en wat een minimale set van evidence zou moeten zijn. Daar wordt men het nog niet over eens en staat ook op de agenda van Gepast Gebruik Dure Geneesmiddelen om verder op te pakken.
Stelling 2. Het doelmatig gebruik van dure geneesmiddelen zou minder vrijblijvend moeten zijn.
De meerderheid (90%) van de deelnemers is het met deze stelling eens.
Hierbij moet men het ook eens worden over de definitie wat doelmatig gebruik is. Er word geconcludeerd dat het van belang is dat uiteindelijk de beste behandeling bij de patiënt moeten komen. Waar moet extra onderzoek naar komen om doelmatig gebruik te stimuleren, zodat de vrijblijvendheid hiervan minder wordt? Dat is de reden waarom Gepast Gebruik Dure Geneesmiddelen gestart is.
Gabe Sonke presenteert vervolgens zijn Parelproject, de SONIA-studie, waarin hij twee behandelstrategieën vergelijkt. CDK4/6-therapie in eerste- of in tweedelijnsbehandeling toevoegen aan hormoontherapie. Hierin wordt gekeken naar progressievrije overleving (primair eindpunt) en kwaliteit van leven, overall survival en kosteneffectiviteit (secundaire eindpunten). Vanwege de gedegen aanpak en goede samenwerking tussen alle relevante partijen in deze studie is de patiënteninclusie volgens planning verlopen en afgerond. Voor deze knappe prestaties kreeg de projectgroep tijdens het congres een Parel uitgereikt.
De studieresultaten zijn nog niet bekend, maar Sonke pleit voor een revolving fund: de besparing als gevolg van (onderzoek naar meer) doelmatige inzet, of een deel daarvan, kan worden gebruikt om nieuwe investeringen in dergelijke onderzoeken te financieren.
Als voorbeeld illustreert Sonke dat de kosten voor de SONIA-studie 7,5 miljoen euro zijn en dat de besparing die gedurende studie reeds wordt behaald 26 miljoen is; de besparing van 18,5 miljoen zou terug kunnen vloeien voor vergelijkbare doelmatigheidsstudies.
Daarover gaan de deelnemers verder in gesprek met het panel naar aanleiding van de volgende stelling:
Stelling 3. Een revolving fund gaat helpen om ieder jaar tientallen miljoenen euro’s aan dure geneesmiddelen te besparen
Met deze stelling is 85% van de deelnemers het eens.
Er wordt aangegeven dat er veel initiatieven zijn voor doelmatigheidsstudies en dat onder andere Treatmeds een mooi platform is dat het concept van revolving fund meer mogelijk moet gaan maken. Tevens wordt er een oproep gedaan aan de farmaceutische bedrijven om ook hier investeringen in te durven doen. Ook wordt er verwezen naar een interessant artikel over revolving fund door Gabe Sonke in JAMA Oncology.
Het idee van een revolving fund lijkt dus zeker een idee om verder uit te gaan werken.