Duurzaam samenwerken doe je zo!

Hoe stimuleer je duurzame samenwerking in een complex verband als een consortium? Dat je blijft samenwerken, ook als de subsidie stopt? En is er een succesformule? “Slim kiezen voor de juiste vorm van interactie en kennisdeling kan duurzame samenwerking maken of breken”, zegt Els De Maeijer van Tilburg University.

Els is expert op het gebied van duurzame samenwerking en innovatie en doet daar onderzoek naar binnen ons programma Maak ruimte voor gezondheid. Ze vertelt: “Duurzaam samenwerken is dat je op de lange termijn samenwerkt, op regelmatige basis. Voor consortia binnen een subsidieprogramma (zoals de zeven consortia binnen Maak ruimte voor gezondheid) betekent het: blijven samenwerken, ook als de subsidie stopt. Omdat ze nog steeds iets voor elkaar kunnen betekenen.”

Gouden tips voor succesvol duurzaam samenwerken

  1. Wees je bewust van de formele rollen, belangen en doelen van de deelnemende partijen. En hoe die de samenwerking beïnvloeden.
  2. Kies bewust voor vormen van interactie en kennisdeling.
  3. Ga eerlijk in gesprek met elkaar over de verwachtingen en bijdrage aan de samenwerking.   
  4. Leg een gemeenschappelijk doel vast en besteed daar ook in bijeenkomsten steeds aandacht aan.
  5. Zorg dat mensen weten dat hun inbreng inhoudelijk wordt gewaardeerd.
  6. Samenwerken draait om nodig zijn: vanwege de persoon die je bent en de kennis die je hebt.
  7. Ruim tijd in om relaties en onderling vertrouwen op te bouwen; drink een kop koffie met elkaar.
  8. Deel je onzekerheid. Als je dat aandurft, krijg je vaak waardering voor je openheid en transparantie.  
  9. Realiseer je, dat hoe je door anderen gezien wil worden, bijdraagt aan de rol die je wil innemen in de samenwerking.
  10. Gouden tips zijn altijd situatie-afhankelijk.

Hoe de context van het samenwerkingsverband de dynamiek van de samenwerking beïnvloedt

“Of duurzame samenwerking tot stand komt, is afhankelijk van de macro- en de micro-dynamiek. Bij de macro-omgeving moet je denken aan: welke partijen nemen deel aan het samenwerkingsverband? Hoe groot is de (fysieke) afstand daartussen? Kenden de mensen elkaar al? Wie heeft op papier de leiding? Wie aan het roer staat van de samenwerking vormt mee het kennisdelingsproces. Het maakt wellicht uit voor het tempo van het kennisdelingsproces of de gemeente, of woningbouwvereniging of de kennisinstelling de leiding heeft. Het is belangrijk om je daarvan bewust te zijn: de keuze voor een projectleider is niet neutraal.”

De keuze voor vormen van interactie en kennisdeling: micro-dynamiek

“Bij micro-dynamiek gaat het vooral om de manier waarop de interactie plaatsvindt. Is er ruimte voor elkaars ideeën? Mensen moeten het gevoel hebben dat ze waardevol zijn voor elkaar. En dat ze er zelf ook iets aan hebben. Je kunt op papier heel veel raakvlakken hebben. Maar pas als de deelnemers bij elkaar komen, wordt duidelijk wat de verhoudingen zijn, of de samenwerking als zinvol wordt ervaren. Het is cruciaal dat iedereen zich realiseert, dat het kiezen van vormen van interactie en kennisdeling, een van de dingen is die duurzame samenwerking kunnen maken of breken. Vraag je af wat de passende keuze is. Te vaak wordt zonder nadenken gekozen voor een vergadering met presentaties en updates. Denk ook eens na welke inbreng je van de anderen zou kunnen gebruiken. Waarom vraag je deelnemers niet zelf wat ze uit een meeting willen halen? Zorg dat mensen voelen dat hun inbreng inhoudelijk gewaardeerd wordt. Samenwerking draait namelijk om nodig zijn: vanwege de persoon die je bent en de kennis die je hebt.”

Duurzaam samenwerken? Voor consortia betekent het: blijven samenwerken, ook als de subsidie stopt.

Escaperoom: kennis en onzekerheid delen  

“Het model van de escaperoom lijkt vaak goed te werken bij samenwerkingen tussen organisaties. Dat bleek tenminste uit mijn onderzoek bij een complex samenwerkingsverband in een andere sector. Dat model beschrijft samenwerken, waarbij je binnen een bepaalde tijd een probleem moet oplossen of tot een innovatie moet komen. Onderweg kom je allerlei obstakels tegen. De klok tikt door, je moet direct beginnen met overleggen, hardop denken en kennis delen. Ook over zaken die je nog niet zeker weet. Je bent dus continu met elkaar in gesprek. Cruciaal is daarbij dat je ook onzekerheid deelt: je moet op je bek durven gaan. Als je het aandurft om dit proces in te gaan, merk je dat er waardering komt voor je openheid en transparantie. En innovatiepartners geven aan zich eigenaar te voelen van het doel dat ze willen bereiken. Deze vorm van samenwerken houdt partijen betrokken.

Dat kan lastig zijn voor met name kennispartners. Terwijl ze het belang van hun kennis voor de praktijk erkennen, willen ze ook gezien worden als degelijk, betrouwbaar en accuraat. Juist voor hen is delen van onzekerheid dus moeilijk. Wat als een partner de resultaten verkeerd vertaalt in de praktijk? En wat als blijkt dat de resultaten die je deelt toch voorbarig waren? Toch zijn er signalen dat openheid ook hierbij erg belangrijk is. Bovendien is er bij partners uit de praktijk vaak begrip voor het feit dat zaken nog niet in steen gebeiteld zijn als je ze deelt.”

Afbeelding
Els de Maeijer

Over Els De Maeijer

Els De Maeijer doceert communicatie & onderzoeksvaardigheden bij de opleiding Technische Bedrijfskunde van Fontys Hogeschool en is als onderzoeker duurzame samenwerking en innovatie verbonden aan Tranzo, Tilburg University. Ze studeerde taal- en letterkunde en internationale politiek aan de Universiteit Antwerpen. Ze onderzocht open innovatie samenwerkingen en hoe in vergaderingen tussen kennisinstituten en hightech bedrijven vertrouwen, openheid en flexibiliteit gevormd worden. In 2020 promoveerde ze aan de TU/eE en Universiteit Antwerpen op onderzoek naar open innovatie. Voor Els staat “languaging” of “taalwerk” centraal in het bewerkstelligen van openheid. Sinds begin 2021 is Els als onderzoeker en adviseur betrokken bij het consortium GELIJK (binnen Maak ruimte voor gezondheid).

Kies bewust! Vormen van interactie en kennisdeling, kunnen een duurzame samenwerking maken of breken.

Eerlijk gesprek over belangen, doelen, verwachtingen  

“Spreek eerlijk tegen elkaar uit welke rol je hebt, wat voor jou waardevol is in de samenwerking, wat je belangen, doelen en verwachtingen zijn. Hoe moeilijk ook. En leg het gemeenschappelijke doel vast. Niet alleen op papier. Begin de vergadering ermee: waarom doen we dit? Geef mensen ook ruimte om het proces bespreekbaar te maken en aan te geven waar het schuurt.”

Relaties, humor en onderling vertrouwen

“Gebruik humor, maak de samenwerking luchtig! Daar kun je echt bruggen mee slaan. Voldoende tijd uittrekken voor bijeenkomsten is ook belangrijk. We zijn geneigd voor efficiëntie te gaan. Maar relaties opbouwen en onderling vertrouwen kweken kost tijd. Zorg dat er in het programma ook ruimte is om elkaar informeel te spreken. Een halve of hele dag is misschien waardevoller dan tussen het werk door twee uurtjes bij elkaar komen. De teamvorming gebeurt tíjdens de vergadering.

Je hebt mensen nodig die een soort antenne hebben voor de behoeften van anderen en voor wat er tijdens de interactie speelt. Je zou die rol ook expliciet toe kunnen wijzen aan een van de deelnemers. Of een facilitator aanstellen, iemand die geen inhoudelijk belang heeft. Verder helpt het om regelmatig te reflecteren en na te praten over de samenwerking. Niet op een wollige manier, maar heel concreet. Wie was het vaakst aan het woord? Wie werd steeds onderbroken? Wie haakte af en waarom? Welke aannames hebben we over elkaars rol? Geen corebusiness, dat begrijp ik wel. Maar juist het bespreekbaar maken van dit soort kwesties, kan in complexe samenwerkingsverbanden het verschil maken.”

Maak ruimte voor gezondheid

Els is als expert op het gebied van duurzame samenwerking en innovatie betrokken bij ‘Maak ruimte voor gezondheid’. Binnen dit programma gaat het om de effecten van de inrichting van de leefomgeving op gezondheid, duurzaam (on)gezond gedrag, en deelname aan de samenleving. Daarover is nog maar weinig bekend. Om daar verandering in te brengen, werken 7 consortia aan onderzoek naar de gezonde leefomgeving.